nl-nl
IMPORTANT

The Owner's Manual for this vehicle contains warnings, instructions and other information you must read and fully understand before safely riding or performing maintenance on this vehicle. Always follow the warnings and instructions in Owner's Manual.

Click the link above for the Table Of Contents, or download a full PDF of the Owner Manual in the Owner Support area of Polaris.com.

Controle bundelrichting koplamp

Bij dimlicht moet de bovenkant van de lichtbundel 1 10 cm (4 in) lager zijn dan het midden van de gloeilamp van de koplamp en recht vooruit gecentreerd zijn op 10 m (32 ft 10 in).

  1. Controleer of de bandenspanning volgens de specificatie is. Raadpleeg het hoofdstuk Bandenspanning voor meer informatie.
  2. Controleer of de rijhoogte (voorspanning) van de achtervering overeenkomt met de specificatie. Raadpleeg het hoofdstuk Voorspanning achterschokdemper (rijhoogte) inspectie voor details.

  3. Plaats de motorfiets op een horizontale ondergrond met de koplamp 10 m (32 ft 10 in) van een wand.

  4. Zet de motorfiets helemaal rechtop, met de rijder en passagier (indien van toepassing) er op.

  5. Start de motor en zet de koplamp op dimlicht. Bekijk de lichtbundel van de koplamp op de wand.

  6. Maak de nodige afstellingen voor het richten van de koplamp.

NUMMER BESCHRIJVING
1 10 cm (4 in) tot bovenrand van bundel
2 Meetafstand = 10,0 m (32 ft 10 in)
3 Midden bundelrichting koplamp